We gingen eerst langs bij de kippen en de koeien om een liedje te leren zingen. IA! Mèmè tok tok oink oink hinnik woef woef! Amai wat een geluiden allemaal!
Toen werd het tijd om het varken en de ezel te gaan bezoeken. Die hadden een wedstrijd in petto. Ze verdeelden ons in 2 groepjes. Voor en achter iedere groep lag een hoepel met daarin heel wat boerderijdieren. De kinderen kregen in de rij elk een nummer. Werd hun nummer gezegd dan moesten ze het boerderijdiertje dat ook werd gezegd vanuit de ene hoepel naar de andere brengen door te lopen. De groep die op het einde het eerst klaar was, was gewonnen. Wat een wedstrijd! Het ging hard tegen hard.
De ruiter stond ons al op te wachten want hij was al zijn paarden kwijt. Daarom moesten de leerlingen tonen hoe goed ze een paard zouden zijn. Ze kropen door een tunnel, sprongen over hoepels en banden, liepen op een bank om zo weer bij het begin te komen. Wat een pret!
Het schaap moest ook zeker en vast bezocht worden want daar leerden we het dansje op het eerst aangeleerde lied. Oortjes, sikje vast nemen, kipbeweging, schudden met de varkensstaart, rijden met een paard en daarna klappen in de handen. Dansende dieren als nooit tevoren!
Tot slot zwaaiden we de werkplekstudenten uit met een heus zang- en dansfestijn met de hele school. Wat zij ons geleerd hadden konden we nu tonen. Studenten, bedankt voor de fijne namiddag!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten